-
Imparfait: Exercices
Oefeningen of toets op het vervoegen van werkwoorden in de imparfait.
Downloadbaar lesmateriaalNieuwLeerkracht -
Passé composé: Stappenplan
Een hulpmiddel om leerlingen te helpen bij het vervoegen van werkwoorden in de passé composé.
Downloadbaar lesmateriaalNieuwLeerkracht -
Verbes irréguliers: Memory
Memory om het participe passé in te oefenen van de onregelmatige werkwoorden.
Downloadbaar lesmateriaalNieuwLeerkracht -
Article partitif et la quantité: Overzicht
Kort overzicht over l'article partitif et la quantité.
Downloadbaar lesmateriaalNieuwLeerkracht -
Verbes en -re, faire, prendre, mettre et faire: Overzicht
Overzicht van de vervoeging van de werkwoorden op -re, prendre, mettre et faire in de indicatif présent.
Downloadbaar lesmateriaalNieuwLeerkracht -
Conditionnel présent: Overzicht
Overzicht van het gebruik en de vorming van de conditionnel présent.
Downloadbaar lesmateriaalNieuwLeerkracht -
Verbes pronominaux: Overzicht
Overzicht van de vervoeging van les verbes pronominaux in de futur proche, passé récent, indicatif présent en passé composé.
Downloadbaar lesmateriaalNieuwLeerkracht -
Kleivaasjes met droogbloemen: Opdracht voor Moederdag
Maak kleivaasjes en prik er de droogbloemen in. Laat drogen en beschilder eventueel. Lijm op een plankje.
BeeldNieuwLeerkracht, ICT-coördinator -
Bloemenmeisje: Opdracht voor Moederdag
Vouw met ijzerdraad figuurtjes en madeliefjes. Lijm ze met het lijmpistool vast op een plaat.
BeeldNieuwLeerkracht, ICT-coördinator -
L'adjectif démonstratif: Rap
Dit een rap over het gebruik van het adjectif démonstratif.
Downloadbaar lesmateriaalNieuwStudent (lerarenopleiding) -
Mon smoothie préféré: Tâche intégrée
In deze opdracht stellen de leerlingen een smoothie mondeling voor aan de hand van een presentatie. Op die manier worden verschillende zaken geëvalueerd:
- woordenschat
- spreekvaardigheid
- spelling
- ICT
Downloadbaar lesmateriaalNieuwLeerkracht -
Les pronoms relatifs: Schema
Samenvattend schema van les pronoms relatifs:
- pronoms relatifs simples (qui, que, dont, où);
- pronoms relatifs composés (préposition + qui, préposition + lequel);
- pronoms relatifs sans antécédent (ce qui, ce …
Downloadbaar lesmateriaalNieuwLeerkracht