-
Het vraagwoord
Quiz van twintig vragen om de vraagwoorden in te oefenen.
Je geeft het antwoord op een aantal vraagwoordvragen. Dan volgt een reeks van vragen waarbij het juiste vraagwoord aangeduid moet worden.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Soorten misdaden: Woordenschatquiz
Quiz over verschillende soorten misdaden, zoals gijzeling, moord, oplichting ...
Je krijgt een voorbeeldzin te zien en achterhaalt zo de betekenis van het woord.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Spreekwoorden en zegswijzen: Deel 1 - VIA Vervolg - 1F
Duid het juiste spreekwoord aan.
Interactieve oefening (3)Leerkracht, Pedagogisch begeleider -
Spreekwoorden en gezegden: Deel 2 - VIA Vervolg - 1F
Kahoot! (deel 2) waarin leerlingen de juiste betekenis moeten geven bij een aantal spreekwoorden en zegswijzen.
Interactieve oefeningLeerkracht, Pedagogisch begeleider -
Vergelijkingen - Nieuw Nederlands 4-5-6
Kahoot! met woordenschat i.v.m. vergelijkingen, te gebruiken als lesopwarming of afsluiter.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Beroepen: Quiz
Kahoot over de verschillende soorten beroepen op NT2-niveau.
Interactieve oefening (18)Leerkracht -
Duid het tegenovergestelde aan: Woordenschatoefening - Nieuw Nederlands 4-5
Woordenschatoefening: duid het tegenovergestelde aan.
Tegenstellingen zoeken werd als één van de woordraadstrategieën gebruikt om de betekenis af te leiden van op het eerste zicht moeilijke woorden.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Voeding: Basisbegrippen
Kahoot met twintig eenvoudige vragen over voeding voor NT2.
Je oefent o.a. rond volgende leerstof:
- het juiste lidwoord aanduiden;
- voeding correct benoemen;
- verschillende soorten smaken.
Interactieve oefening (9)Leerkracht -
Afdelingen van en functies in een onderneming
Je oefent de afdelingen van de onderneming en hun taak of rol bij elkaar laten passen kan.
Bron: Organigram : Breng afdeling en functie bijeen door Sarah Van de Vondel
Interactieve oefening (4)Organisatie, firma, vzw -
De of het: Reeks 5
Maak de oefening op de en het. …
Interactieve oefening (3)Leerkracht, Ander -
De of het: Reeks 4
Maak de oefeningen op de en het.
Interactieve oefeningLeerkracht, Ander -
De of het: Reeks 3
Maak de oefeningen op de en het.
Interactieve oefeningLeerkracht, Ander