Verschillende opstellingen van een koelinstallatie

Stapsgewijze uitleg over de opstelling van een koelinstallatie met aandacht voor de hoofdonderdelen, de gevaren en de risico's.

Er zijn vier hoofdcomponenten aan een koelinstallatie: de compressor, de condensor, het expansieorgaan, de verdamper. Dit zijn de basiscomponenten die je terugvindt in een installatie. Bij elke installatie moet wel apart bekeken worden waar deze componenten zich bevinden.

• Naast deze vier hoofdcomponenten hebben we vaak ook nog een vloeistofvat, een kijkglas, een filterdroger en bijhorende beveiligingsapparatuur, dit gaat dan over druk en temperatuurbeveiligingen.
• Het is belangrijk om de gevaren en risico’s te kennen van de verschillende componenten tijdens het werken aan een installatie. Het grootste gevaar blijkt hier vaak het koelmiddel zelf te zijn, omdat dit koelmiddel namelijk kan ontsnappen, maar ook de bijhorende drukken die voor elke koelmiddel anders zijn. Zeker bij gevaarlijke koudemiddelen zoals bijvoorbeeld propaan, ISO butaan, R32, ammoniak of CO2 moet ervoor gezorgd worden dat het koelmiddel zich niet kan vermengen met de omgevingslucht zodat er geen brand, verstikking of een ontploffing kan ontstaan. Dit is zeker het geval als het om brandbare koudemiddelen gaat maar vooral omdat alle koudemiddelen de zuurstof verdringen en er verstikking kan optreden.